El Hierro is pas laat door het toerisme 'ontdekt'. Sinds de aanleg van een vliegveld en de bouw van appartementencomplexen nemen toeristen bezit van het eiland. El Hierro is nog tamelijk ongerept. Het eiland is niet groot, maar herbergt door zijn topografie een flink aantal verschillende landschappen, die uitnodigen tot het maken van wandelingen.
El Hierro is het jongste eiland binnen de Canarische archipel. Het vulkaaneiland rust net als de overige eilanden op een ca. 150 miljoen jaar oude oceaankorst. Deze oceanische aardkorst dateert uit de Jura-periode en is ontstaan door het uiteenwijken van de Amerikaanse en Afrikaanse plaat. De oceaanbodem rond El Hierro ligt op een diepte tussen 3500 en 4000 meter. Met een hoogte boven water van 1500 meter, bedraagt de totale hoogte van het vulkaancomplex van El Hierro ongeveer 5000 meter!
Het nieuwe vliegveld van El Hierro is niet groot. De landingsbaan is voor grote vliegtuigen kort. De lengte ervan is te vergelijken met die op Madeira in de jaren tachtig van de vorige eeuw. Bij het naderen en landen heb je de indruk dat je in zee stort, bij het vertrekken ben je blij dat eiland en zee toch onder je verdwijnen. |
Op El Hierro zijn op een aantal plaatsen goed toegankelijke uitzichtspunten gebouwd. Vanaf zo'n mirador heeft men doorgaans een prachtig uitzicht over de meer spectaculaire delen van het eiland, zoals hier aan de zuidkust bij El Julan. |
Het bekendste landschapsobject van El Hierro is zonder twijfel de grillige rotsformatie Roque Bonanza. De grillige rotsen bestaan grotendeels uit verkitte pyroklasten die door de eroderende werking van de zee zijn ontstaan. Roque Bonanza is vanaf verschillende kanten aan de zuidelijke oostkust van El Hierro goed te fotograferen, het mooist vanuit een boot. |
Basalt is het overwegende gesteente op El Hierro. In het zuiden bij El lajial zijn op de lavavelden gestolde lavastromen te zien die men pahoehoelava noemt. De gebogen vloeistructuren van de basaltlava lijken op bundels touw, vandaar de naam 'touwlava'. |
De ontwikkeling van oceanische vulkaaneilanden vindt in de regel plaats doordat episoden met versterkt vulkanisme elkaar in de tijd opvolgen. De ontwikkeling van El Hierro verliep ook op deze wijze. Het eiland maakte in eerste instantie een ontwikkeling door als seamount, maar werd een eiland door de vorming en uitbouw van de Tinorvulkaan in het huidige noordoosten van het eiland. De productie van enorme hoeveelheden basaltische lava had tot gevolg dat de Tinorvulkaan relatief snel in grootte toe nam. De vulkaan sloot na een reeks explosieve uitbarstingen zijn actieve periode af tussen 1,12 - 0,88 miljoen jaar geleden. Deze heftige erupties waren waarschijnlijk tevens de oorzaak dat de complete noordwestflank van de vulkaan, ca. 882.000 jaar geleden, langs scheuren begon te verzakken en
vervolgens in zee weggleed.
Radaropname van de oceaanbodem rond de eilanden. Goed te zien is dat de eilanden slechts de toppen zijn van enorm grote op de oceaanbodem rustende basaltische schildvulkanen. Rond de meeste eilanden zijn brede en smalle, geulachtige patronen zichtbaar. Deze markeren de plaatsen waarlangs grote hoeveelheden verweringspuin onder water hellingafwaarts zijn gegleden. Ze zijn vooral ontstaan door aardverschuivingen en bergstortingen, waarbij delen van vulkanen door de zwaartekracht zijn ingestort en in zee zijn weggegleden (El Hierro, Tenerife en La Palma).
De merkwaardige vorm van El Hierro is te danken aan een reeks bijzonder grote aardverschuivingen, waarbij grote delen van ooit aanwezige vulkanen instortten en in zee verdwenen. Het indrukwekkendst is het halfcirkelvormige dal van El Golfo aan de noordkust van El Hierro. De steile rotswanden markeren de grens waarlangs lang geleden enorme gesteentemassa's in zee schoven. |
Op bovenstaande kaart is zichtbaar waar zich op El Hierro in het verleden aardverschuivingen/bergstortingen hebben voorgedaan. |
Het instorten van de flank van de Tinorvulkaan liet een grote depressie na. Hierin vormde zich na verloop van tijd de nieuwe El Golfovulkaan. Deze vulkaan was actief van 545.000 tot 176.000 jaar geleden. Ook nu weer werden grote hoeveelheden basaltische lava uitgestoten. Niet alleen werd de eerder ingestorte flank van de Tinorvulkaan door lavauitvloeiingen geheel opgevuld, ook vloeide lava over de flanken van de oude voorloper van de El Golfovulkaan. Vervolgens verplaatste het belangrijkste eruptiecentrum zich naar het zuidoosten, waar langs een drietal over het eiland lopende breukzones ook weer nieuwe vulkanen ontstonden. Voortdurende erupties produceerden veel vulkanisch materiaal met als gevolg dat de vulkanen langs deze breukzones sterk in grootte toenamen. Dit leidde na verloop van tijd opnieuw tot instabiliteit, waardoor langs de flanken van de vulkanen ook weer bergstortingen en aardverschuivingen optraden. De brede keteldalen die hierbij ontstonden bepalen vandaag de dag de vorm en het uiterlijk van het eiland. De keteldalen worden aan de rugzijde door hoge rotswanden begrensd.
De steil oprijzende rotswand die de rugzijde vormt van het El Golfodal markeert de rand van een enorme bergstorting. Voorbij deze rand begint een hoogvlakte, Malpaso (1150m), min of meer ook het dak van El Hierro. Op deze hoogvlakte heerst een ander klimaat. Het is er kouder en er staat doorgaans veel wind. Op de Malpaiso, dat 'slechte grond' betekent, groeien dennen en in het gebied van El Sabinar komen grillig gevormde jeneverbessen voor. Deze danken hun bizarre groeivormen aan de voortdurend waaiende passaatwind. |
Door de bergstorting in het verleden, waarbij de vulkaan El Golfo grotendeels in zee verdween, is een geleidelijk naar zee aflopend platform ontstaan waar intensieve landbouw wordt bedreven en waar uiteraard ook gewoond wordt. De beschutte ligging van de vallei zorgt voor een mild klimaat. De grijze vakken in het dal zijn met plastic afgedekte 'kassen' waar men bananen en tomaten teelt. |
Op het noordeinde van het boogvormige El Golfodal breken basaltrotsen vrijwel loodrecht af naar zee. De opbouw van de steile klifwanden met zijn talloze dicht boven elkaar gelegen basaltlagen is van enige afstand goed te zien. Op de voorgrond valt een deel van een opgeheven kustplateau opnieuw aan zee-erosie ten prooi. |
Basaltrotsen langs de kust van El Golfo op El Hierro. |
De zuidkust van El Julan op El Hierro vormt een vergelijkbaar boogvormig litteken, waar lang geleden grote delen van de toen bestaande El Julanvulkaan in zee zijn afgegleden. Men moet bedenken dat het huidige kust van het vulkaaneiland zich duizenden meters boven de oceaanbodem bevindt. De onderzeese hellingen zijn relatief steil waardoor de stabiliteit van het vulkaanlichaam bij de uitbouw van de vulkaan in de hoogte in toenemende mate instabiel wordt. |
El Julan aan de zuidkust van El Hierro. Evenals in het El Golfodal zijn op de flank van de ingestortte El Julan-vulkaan later nieuwe, kleinere eruptiepunten en slakkenkegels ontstaan. |
|
|
De puinhellingen van El Julan aan de zuidkust van El Hierro zijn schaars begroeid. Deels komt dit doordat de bodem weinig vocht vast houdt, maar ook de droogte speelt een belangrijke rol. De hellingen bestaan grotendeels uit verweerd vulkanisch puin waarin Canarische dennen maar met moeite kunnen wortelen. |
Aan de oostkust van El Hierro is het litteken van de bergstorting van las Playas te zien. Vanaf Mirador de las Playas heeft men een prachtig uitzicht naar het noorden, naar Punta de la Bonanza met El Hierro's beroemde zeerots Roque Bonanza. |
Het groene keteldal van Las Playas in het oosten van El Hierro was van oudsher slecht ontsloten. De ontoegankelijkheid werd vooral veroorzaakt door de ruige, zeer steile rostwanden die dit oude bergstortingslitteken omringen. Er wonen ook tegenwoordig weinig mensen. |
Uitzicht van Mirador de las Playas op Punta de la Bonanza. |
In de door bergstortingen gevormde keteldalen ontwikkelden zich telkens nieuwe vulkanen. Nergens op de Canarische eilanden komen deze vulkanische verschijnselen zo fraai voor als hier op El Hierro. Het instorten en vervolgens in zee afglijden van delen van vulkanen is geen onbekend verschijnsel op oceanische eilanden. Binnen de Canarische archipel vonden op La Palma, Gran Canaria en Tenerife in het verleden meermalen enorme afglijdingen plaats die op de eilanden grote 'wonden' achterlieten. Deze keteldalen zijn op de drie genoemde eilanden landschapsbepalend. Op La Palma was men niet zo lang geleden nog van mening dat de westhelling van de Cumbre Vieja op het punt stond in zee af te glijden. Dit zou namelijk een tsunami veroorzaken met zeker tientallen meters hoge golven. De gevolgen aan de overzijde van de Atlantische Oceaan, maar ook aan de Afrikaanse en Europese kusten zouden catatrofaal zijn en enorme schade aanrichten. Recent onderzoek wijst echter uit dat het instorten van de flank van de Cumbre op La Palma op korte termijn verwaarloosbaar klein is. Nog onbekend is of het instorten en in zee afglijden van enorme gesteentemassa's een plotselinge gebeurtenis is met catastrofale gevolgen of dat het afglijden van een complete vulkaanhelling een langzaam verlopend proces is.
|
|
Aardverschuivingen en het instorten van omvangrijke delen van vulkanen zijn op de Canarische eilanden geen onbekend verschijnsel. Het is nog maar enkele jaren geleden dat geologen van mening waren dat langs de Cumbre, een vulkanische bergrug die la Palma in een oostelijke en een westelijke helft verdeelt, op het punt stond in zee weg te glijden. Dit zou een enorme vloedgolf veroorzaken, die honderden en zelfs duizenden kilometers verderop tot zeer veel schade zou leiden. Onderzoek heeft uitgewezen dat een dergelijke ramp op korte termijn althans niet te verwachten is. |
Dat door zwaartkracht veroorzaakte aardverschuivingen vaker vookomen bewijst de Caldera de Taburiente, eveneens op La Palma. Deze kratervormige depressie is niet van vulkanische oorsprong, zoals lang gedacht, maar is ontstaan doordat enorme gesteentemassa's langs breuken wegzakten en in zee verdwenen. Niet duidelijk is of deze gebeurtenis plotseling optrad is of dat het een langzaam verlopend proces was. Ook van aardverschuivingen die elders op de Canarische eilanden in het verleden zijn opgetreden is dit niet bekend. |
|
|
Op het eiland Tenerife zijn in het verleden enorme aardverschuivingen opgetreden. Valle de Guimar aan de zuidkant van het eiland en vooral de Orotava vallei aan de noordkant zijn de littekens hiervan. Deze worden net als op El Hierro het geval is aan de rugzijde omringd door steile rotswanden. |
Waar op El Hierro de kust steil naar zee afbreekt zijn in de ruige, onbegroeide rotskliffen tientallen dicht boven elkaar uitgevloeide afzettingen van plateaubasalt te zien. De afzonderlijke lavaafzettingen zijn vaak door lagen met roest- of roodbruin gekleurde pyroklasten vasn elkaar gescheiden. |
Malpaso El Pinar, midden op het eiland. Op een hoogte van ruim 1500 meter, heerst een heel ander klimaat dan beneden aan de kust. In de droge korrelige bodem van lapilli wortelen vooral struiken als jeneverbessen, bremsoorten en hier en daar Canarische dennen. Op de hoogvlakte kan men lange wandelingen maken met voortdurend prachtige uitzichten. |
In het zuiden van El Hierro breken steile en ruige rotskliffen steil af naar zee, die hier Mar de las Calmas genoemd wordt. De kustkliffen zijn hier opgebouwd uit massieve uitvloeiingen van dichte basalt, onderbroken door wisselend dikke lagen roestbruin gekleurde pyroklasten. |