De aanvoer van een vrachtwagen met grote Hondsrugkeien uit de gemeente Haren bracht een verrassing met zich mee. Tussen de keien bevond zich een grote zwerfsteen van Finse helsinkiet. Door zijn zeldzaamheid en grootte is de keientuin van het Hunebedcentrum in Borger een mooie zwerfsteenvondst rijker.
De naam 'Finse helsinkiet' zal velen waarschijnlijk weinig
zeggen. Bij liefhebbers van kristallijne zwerfstenen gaan de bellen
echter rinkelen. Er zijn nu eenmaal zwerfstenen die vaker gevonden
worden, naast soorten die je een hoogst enkele maal opraapt of die je nog een keer
hoopt tegen te komen. Finse helsinkiet is een zwerfsteensoort die je niet iedere dag tegen komt.
Als zwerfsteen is Finse helsinkiet dus zeldzaam, binnen het
Hondsruggebied weliswaar wat minder dan daarbuiten, maar ook op
de Hondsrug liggen ze bepaald niet voor het oprapen. In vijftig jaar
verzamelen heb ik slechts een negental exemplaren kunnen vinden,
meest in de vorm van een kleine zwerfsteen van handstukformaat of iets groter.
Dat Finse helsinkiet op de Hondsrug wat meer gevonden wordt
dan in andere delen van Noord-Nederland heeft te maken met de
herkomst. Finse zwerfstenen komen in Oostbaltische
keilemen op de Hondsrug relatief veel voor, denk maar aan de
talrijke rapakivi’s en microkliengranieten die er gevonden worden.
Uit de naam Finse Helsinkiet zou je kunnen afleiden dat in andere delen van Scandinavië.
wellicht ook nog helsinkieten voorkomen. Dit klopt. Helsinkieten zijn metamorfe gesteenten die uit granietische gesteenten zijn ontstaan, die door uitwisseling van bestanddelen (metasomatose) ingrijpend van samenstelling en uiterlijk zijn veranderd. Omdat dergelijke metamorfe processen, verschillend in tijd en ruimte, op meerdere plaatsen op het Baltisch schild hebben plaatsgevonden, is de status van Finse helsinkiet als gidsgesteente discutabel. Oostbaltisch, dat zijn ze wel, maar een verdere precisering is niet aan te geven.
Van oudsher onderscheidt men in de zwerfsteenkunde
ook Zweedse helsinkiet. Deze zwerfsteensoort bestaat voor een groot gedeelte uit dezelfde
minerale bestanddelen, maar in een andere kleurcombinatie. Finse
Helsinkiet is vooral roomwit met bruinrood, Zweedse Helsinkiet
daarentegen toont een kleurcombinatie van rood met groen. Voor veel zwerfsteenverzamelaars is Zweedse helsinkiet daarom een aantrekkelijker (gekleurde) vondst dan het Finse gesteente, hoewel deze laatste veel zeldzamer is.
Finse helsinkiet dankt zijn naam aan het voorkomen ervan in de
stad Helsinki in Zuid-Finland. Toch komt die locatie niet als
herkomst in aanmerking, want te ver naar het oosten. De naam
Helsinki duikt ook op in het zuidwesten van het Finse vasteland,
waarmee een kleine plaats aangegeven wordt in het rapakivigebied
van Vehmaa, maar uit die hoek zijn geen helsinkietvoorkomens bekend.
Ergens in het Zuidwestfinse gebied, grenzend aan of binnen het
het Alandgebied moet het moedergesteente van Finse helsinkiet
gezocht worden. Uit petrografische verschillen van eerder gevonden helsinkieten
blijkt duidelijk dat het gesteente hoogstwaarschijnlijk op meerdere plaatsen in het
Zuidfinse grondgebergte moet voorkomen. Deze voorkomens zijn ongetwijfeld
klein van omvang en zijn veelal nog niet ontdekt of bevinden zich onder water. Finse helsinkiet
is wel goed gidsgesteente. Het bezit duidelijke petrografische kenmerken en wat minstens zo belangrijk is, buiten Finland wordt het gesteente niet
aangetroffen, hoewel de exacte plaats van herkomst
niet bekend is.
Wat de steen van Haren tot een primeur maakt is zijn omvang. Niet
eerder in ons land en voor zover de informatie reikt ook niet in
Duitsland en Denemarken is een dergelijk grote zwerfsteen van Finse helsinkiet gevonden. De kei meet
maar liefst 110x110x80cm. Omgerekend in kilo’s bedraagt dit iets meer dan
900kg!
Terzijde
Het gewicht van zwerfkeien kan door het toepassen van een eenvoudige
formule bij benadering worden berekend. Door de steen op te meten
(lengte x breedte x hoogte) en die uitkomst te vermenigvuldigen met de
soortelijke massa levert dat het gewicht op in kilo’s. Helaas zijn zwerfstenen
onregelmatig van vorm, sommige zijn zelfs rondachtig. De afwijking van de
ideale geometrische vorm in de vorm van een kubus kan vertaald worden in de factor 0,6. Dit getal
vermenigvuldigd met de andere uitkomst levert om en nabij het totaalgewicht op van
de steen.
Wat is Finse helsinkiet?
Finse helsinkieten zijn kwartsarme tot kwartsvrije gesteenten. In
veel zwerfsteenboeken rangschikt men ze onder de syenieten.
Hoewel ze in korreling en samenstelling overeenkomsten met syenieten
vertonen, zijn ze dit beslist niet. Helsinkieten zijn metamorfe
gesteenten die een hydrothermaal veranderingsproces hebben ondergaan, waarbij
minerale bestanddelen zijn afgevoerd en vervangen door nieuwe
mineralen. Dit proces noemt men metasomatose. Helsinkiet is dus
een metamorf gesteente, meer precies een metasomatiet.
Van enige afstand gezien is het gesteente bleekrose tot violetbruin.
Veldspaat is met zijn roomwitte tot bleekrose kleur het meest opvallende
bestanddeel. Meestal betreft het witte kaliveldspaat vergezeld van een
wisselend percentage gelijkgekleurde plagioklaas (albiet). Soms zijn de
veldspaatkristallen geklonterd tot grote spiegelende aggregaten,
waardoor de gelijkenis met pegmatiet zich opdringt.
Naast veldspaat is enig biotiet of chloriet aanwezig, soms vergezeld
van kwarts. Al deze mineralen zijn omgeven en dooraderd door een
fijnvezelige of een zeer fijnkorrelige massa bruinrode epidoot.
De gewoonlijk groene epidootkristalletjes zijn in Finse helsinkiet
omgeven door een zeer dun huidje van hematiet (ijzeroxide), waardoor
deze bruinrood kleuren. In Zweedse helsinkiet is epidoot fraai pistachegroen
van kleur.
De Finse helsinkiet van Haren
Het gesteente is niet gelijkmatig van structuur. Over het midden
loopt een breuk. Het gedeelte links ervan is volkristallijn ontwikkeld.
Rechts van de breuk is de Helsinkiet fijner van korrel en wordt het
gesteente gedomineerd door bruinrode epidoot. Van enige afstand
maakt het gesteente een vaag gestreepte indruk.
Opvallend in het gesteente is de hoeveelheid witte kaliveldspaat,
vergezeld van plagioklaas van dezelfde kleur. De veldspaatkristallen
zijn zeer wisselend van grootte. De grootste meten ongeveer twee
centimeter. Deze zijn hoekig vierkant of zijn onregelmatig
van vorm. Hier en daar vormt kaliveldspaat idiomorfe, tot 2cm grote,
rechthoekige tabletten. Van enige afstand gezien maakt het gesteente
hierdoor een porfierische indruk. Biotiet vormt overal in het gesteente
fijne zwarte spikkels. Hier en daar is biotiet tot kleine aggregaten verenigd. Glazig grijze kwarts is vrij talrijk aanwezig.
Bruinrode epidoot is in een hoog percentage aanwezig, bijna
evenveel als veldspaat. Het kleurbeeld van de steen wordt er
duidelijk door bepaald. Het zeer fijnkorrelige mineraal vormt overal
in het gesteente kleine en grotere aggregaten. Op enkele plaatsen
vormt de epidoot centimeters grote, zeer onregelmatige vlekken.
Dit laatste is ook het geval met de witte kaliveldspaat. Dit
mineraal vormt op een aantal plaatsen in het gesteente onregelmatig
begrensde witachtige met epidoot dooraderde concentraties.
Om de minerale samenstelling van het gesteente beter te onderzoeken
zou voor een vers breukvlak een stuk van de kei afgeslagen moeten
worden. Door de afronding van de kei is dit zonder grote beschadiging
niet goed mogelijk. Reden om hier van af te zien.