Andalusiet is een mineraal dat vooral aanwezig is in metamorfe gesteenten. Samen met sillimaniet en distheen (kyaniet) vormen ze een groep die dezelfde chemische samenstelling bezit, maar die onderling afwijken in eigenschappen en verschijningsvorm.
De mineralen zijn te beschouwen als graadmeters in de metamorfose. Andalusiet komt vooral voor in laag metamorfe gesteenten. Distheen is vooral aanwezig in hoog metamorfe gesteenten. Sillimaniet tenslotte is stabiel bij zeer hoge druk en temperatuur.
![]() |
Andalusietgneis - Zwerfsteen van Emmerschans (Dr.).De biotietgneis bevat een aantal oogvormige, witachtige porfyroblasten van andalusiet. |
Andalusiet vormt in metamorfe zwerfstenen onregelmatige,
witachtige troebele aggregaten. Ze geven het gesteente een
gevlekt uiterlijk. Sommige migmatieten (stictolieten) bevatten
porfyroblasten van andalusiet. Sillimaniet vormt doorzichtige,
fijne langvezelige aggregaten in biotietgranaatgneizen.
Kyaniet tenslotte komt in zwerfstenen nauwelijks voor.
Verdieping
Wat zijn porfyroblasten?
In metamorfe gesteenten en dan vooral in gneizen vormen mineralen soms
grotere kristallen of aggregaten. Oppervlakkig gezien lijken ze wel wat op
eerstelingen, ze zijn duidelijk veel groter dan de mineraalkorrels in hun omgeving. Deze grotere kristallen noemt men porfyroblasten.
Porfyroblasten ontstaan tijdens de metamorfose door rekristallisatie van het
gesteente in vaste toestand.
![]() |
![]() |
Ogengneis - Zwerfsteen van Walchum (Dld.).De oogvormige vlekken zijn nieuwvormingen van kaliveldspaat. Men noemt ze porfyroblasten. Ze zijn omgeven door een dunne rand van plagioklaas. |
Biotietgranaatgneis - Zwerfsteen van Borger (Dr.).De roodachtige 'pitten' in het gesteente zijn porfyroblasten van granaat. |
In gneizen vormen kaliveldspaten vaak porfyroblasten, die als gevolg van de
hoge druk tijdens hun vorming een amandelvorm of oogvorm bezitten.
Ogengneizen danken hun naam eraan. Heel bekend zijn porfyroblasten van
granaat en hoornblende. Die van granaat herkennen we gemakkelijk in
glimmerschisten en dito gneizen. Vooral in biotietgranaatmigmatieten bereiken
ze soms een aanzienlijke grootte ( 10cm en meer).
Hoornblende vormt vaak zwarte stengelvormige kristallen die in bundels
gerangschikt zijn. In het midden zijn de bundels het smalst, naar de einden
waaieren de naaldvormige kristallen iets uit. De gelijkenis met een korenschoof
of garve dringt zich dan op. Vandaar dat dergelijke hoornblendeschisten wel
garveschisten worden genoemd.
![]() |
![]() |
Granaatporfyroblast van 12cm doorsnede in een geplooide biotietgranaatmigmatiet - Zwerfsteen van Zuidlaren (Dr.). |
Gneis met hoornblendeporfyroblasten - Zwerfsteen van Ertebölle, Limfjord (Den.). |